Eisen Niveau 2
1 TE WATER GAAN
Eisen: Kan met een rechtstandige sprong te water gaan (voeten eerst)
2 DRIJVEN RUG
Eisen: Kan zonder drijfmiddelen drijven op de rug (10 tellen).
3 DRIJVEN OP DE BUIK
Eisen: Kan zonder drijfmiddelen drijven op de buik, met het hoofd in het water (5 tellen).
4 DRAAIEN
Eisen: Kan een draaiende beweging maken om de lengte as (horizontale ligging).
5 RUGCRAWL
Eisen: Maak een constante beweging met de armen en benen. Handen maken een draaiende beweging voor ze in het water gaan.
6 BORSTCRAWL
Eisen: Maak een constante beweging met de armen en benen. Blaas uit onder water.
7 ONDER WATER ZWEMMEN
Eisen: Kan door het gat zwemmen (3 meter)
8 WATERTRAPPELEN
Eisen: Kan 20 seconden watertrappelen